27 - 12 - 2018 - Tarief liggelden aangepast
Tarief liggelden aangepast
Jacob Bouwhuis
Normaal gesproken vergt de laatste gemeenteraadsvergadering van het jaar betrekkelijk weinig tijd vooral gezien de agenda die grotendeels uit aanpassingen van verordeningen bestond. In die verordeningen van bijvoorbeeld de OZB. de rioolheffing, reinigingsheffingen, lig- en staangeld, forensenbelasting enz. zijn de tarieven voor 2019 vastgelegd. In wezen is dit een vertaling van de uitgebreid behandelde begroting voor komend jaar.
Toch leverden de verordeningen stevige discussies en enkele pittige amendementen op waar ruim de tijd voorwerd genomen. In het bijzonder bij een amendement van Johan Feenstra (PvdA), -gesteund door bijna alle partijen- over de heffing en invordering van lig- en staangeld, moest het college bakzeil halen. Volgens Feenstra is de kostendekkend voor de liggelden van boten in onze gemeente voor 2019 becijferd op71 % en dus niet kostendekkend. Net zoals bij de grafrechten, de marktgelden en de sluisgelden waar de gemeente ook geld op toe moet leggen.
Met betrekking tot boten die liggen aan de zogenaamde B- locaties (ligplaatsen zonder voorzieningen) wil het college de liggelden in drie jaar tijd bijna verdubbelen. Het tarief gaat dan van 16,- naar 30,- per strekkende meter. Een verhoging van bijna 100 %, no dat raast oan 'e protters, meende het raadslid. En dat terwijl de tarieven voor A- locaties (met voorzieningen), zoals in de binnenstad van Workum slechts met 5 % omhooggaan. Voor een watersport gemeente is het in zijn algemeenheid van belang om aantrekkelijk te zijn en te blijven wat de tariefstelling van liggelden betreft, maar ook oog te hebben voor de sociaal- maatschappelijke belangen van onze inwoners. Want op de B-locaties in de dorpen en de kleine steden gaat het meestal , om roeiboten en vissersbootjes die amper meer waarde hebben dan het jaarlijkse liggeld. Naar de mening van Angeline Kerver (GL) mag de verordening wel worden uitgebreid met gratis C-locaties, terwijl Pieter de Vries (CDA) pleitte voor een betere handhaving van de verordening omdat veel bootbezitters met een ligplaats op een B-locatie niet betalen. Gezien de brede steun van het amendement kon wethouder Maarten Offinga weinig anders dan het amendement te accepteren en stijgen de liggelden voor A- en B- locaties dus met niet meer dan 5%.
Bron: workumer krant FRISO
<< Terug
|