20 - 08 - 2012 - Jan Kok brengt poëzie op doek
Albert Schootstra
Een wel heel bijzondere expositie is zaterdagmiddag geopend in galerie Berger aan het Noard 23A
in Workum. Kunstschilder Jan Kok - Binds 1981 wonend en werkend in onze stad - toont daar tot en met 8 september 25 werken, olieverf op Vlaams linnen, die hij in de periode 20082012 heeft gemaakt. "Het werk, doeken van 60 bij 60 centimeter, is veelal in kleurenritmes opgebouwd waarbij iedere vanuit de natuur opgedane waarneming een eigen gelijkwaardig accent krijgt. In veel van mijn werk en denken is een eigentijdse associatie te vinden met de prechristelijke natuurfilosofie," zo schrijft Kok in de flyer die ter gelegenheid van de tentoonstelling door galerie Berger is uitgegeven. "Zweden is letterlijk en figuurlijk mijn moederland," zo stelt hij daar ook. "Het rustpunt waaruit ik de sensitieve uitstraling van het detaillistische landschap omzet in het natuurmystieke proces dat mijn schilderijen kenmerkt." De tentoonstelling heet dan ook `De eenvoud van Zweden' - maar dan aan elkaar geschreven en zonder hoofdletters. Galerie Berger, onder leiding van de enthousiaste, kundige en zo vriendelijke Agaath Berger een prachtige plaats om te genieten van kunst en om gewoon de gedachten eens te laten gaan, is open en toont dus ook de werken van Jan Kok van dinsdag tot en met zaterdag van 11.00 uur tot 17.00 uur. De expositie is, als gezegd, te bezichtigen tot en met zaterdag 8 september.
"Transparante poezie op schilderslinnen," is ook een zinsnede die Jan Kok in de flyer bezigt. En daarmee slaat hij de spijker precies op de kop. Zijn schilderijen verdienen het om heel rustig te worden bekeken om zo 'laag na laag' in het werk door te dringen. De vergelijking met gedichten van - noem eens een groot dichter - Gerrit Achterberg dringt zich dan ook ogenblikkelijk op. En net zoals bij de op het eerste gezicht vaak eenvoudige verzen van Achterberg (1905-1962) spreekt ook bij de doeken van Jan Kok de 'eerste laag' direct aan. Dit niet het minst omdat de schilderijen op de wit geschilderde, rustgevende eerste verdieping van de prachtige galerie buitengewoon 'op hun plaats' zijn. De ruimte legs als het ware een link met Zweden, waar de huizen van binnen vaak ook wit zijn om op die manier het daar dikwijls zo schaarse Licht van buiten zo veel mogelijk te 'vangen'. Maar net zoals bij . de gedichten van Achterberg komt na het kennismaken met die 'eerste laag' ook bij de doeken van Jan Kok daarna pas het echte 'werk' voor de kijker annex lezer. Je moet moeite doen voor het werk van Kok (en ook Achterberg), maar als je die moeite neemt, dan word je ook rijk beloond.
Jan Kok is op 22 augustus 1947 geboren in het Zweedse Sävsjö. Zijn grootmoeder was een Zweedse. De eerste jaren van zijn Leven verbleef hij in dat land. Later woonde hij in onder andere Den Haag, Enkhuizen en Noordwijk, zo vertelde hij voorafgaande aan de opening van de tentoonstelling. "Een hele zwerftocht tot ik in Friesland aanspoelde en dat is een fijne plek. Vanaf 1981 woon ik in Workum waar ik als een aangespoelde hip arriveerde. Het is eigenlijk bij toeval dat ik hier terecht ben gekomen, maar ik voel me hier thuis. Workum is een hele fijne en open gemeenschap." Sinds 1982 is hij in onze stad werkzaam geweest als brugwachter. Terst invallend en geleidelijk werd ik waste brugwachter." Wat die laatste functie betreft is Jan Kok toch vooral bekend geworden van de Kettingbrêge. "Brugwachter was zijn hobby en de kunst zijn werk," aldus Koks vriendin Milena Hudcovicová die de expositie opende. Als geboren Slowaakse kent zij - psychologe - evenals Jan Kok de verrijkende ervaring van het 'twee culturen denken'. Afgelopen donderdag zwaaide Kok als brugwachter af, zaterdag is dus zijn expositie geopend. Deze gebeurtenissen markeren het begin van een nieuwe fase voor hem en zijn echtgenote Joan, een fase waarin de kunst nog meer dan toch al het geval is geweest het Leven van Kok zal beheersen. Want net zoals Gerrit Achterberg - om die vergelijking nog even door to trekken - een 'absoluut dichter' was, is Jan Kok een 'absoluut schilder'.
"Mijn aard is naar de Zweedse kant," aldus Jan Kok. In de jaren zestig is hij al begonnen met schilderen en in 1986 had hij zijn eerste expositie - olieverven - in Huins. "Ik ben een autodidact, dat kun je rustig zeggen. Stijl, techniek, alles heb ik mezelf eigen gemaakt. Wel heb ik de Vrije Academie in Den Haag bezocht. Dat is een periode geweest waarin ik me heb vrijgemaakt van mijn milieu. Ik heb me toen losgemaakt van de calvinistische carrierèplanning. Ik ben toen meer overgegaan naar de Zweedse volksmystiek. Die lijn heeft zich geconcretiseerd in deze schilderijen uit de periode van 2008 tot dit jaar. Dit is mijn eerste grote expositie na 2005. Het werk is nu rijp om mee naar buiten te treden. Ik beschouw dit werk zelf als concreet, goed doorleefd, verantwoord, in een eigenzinnige stijl en ook als werk dat niet aan trends voldoet." Begin jaren tachtig schilderde Jan Kok heel abstract jazzritmes en daarna (en daarnaast) ook werk dat een antroposofische, sprookjesachtige sfeer ademde, geïnspireerd door het gedachtegoed van de psychiater Carl Gustav Jung.
"In 2005 ben ik heel erg ziek geweest. Ik was alles kwijt. Toen heeft de stijl van de tentoongestelde werken zich opgebouwd. Ik heb drie jaar moeten zoeken, tot 2008, om de eigen stijl en vormen weer terug te vinden." Hij is vol lof over de ruimte van de expositie: "Het doet heel erg aan een Zweeds interieur denken. Hier voel ik me thuis, de sfeer in deze ruimte is heel prettig. Het is hier open, gastvrij, nergens toe dwingend." Zijn terugtreden als brugwachter geeft Jan Kok een ander ritme is zijn leven. "Ik schilderde 's ochtends altijd twee uur en om acht uur ging ik dan naar de brug en 's avonds schilderde ik dan weer - en in de weekeinden natuurlijk. Nu kan ik schilderen wanneer ik wil. Ik kan niets anders dan schilderen, ik houd er te veel van. Ik ben gewoon gefascineerd door het proces'. Ik zou niet zonder kunnen, net zoals je ook niet zonder adem kunt. Ik heb de ezel in de huiskamer staan en als je koffie inschenkt of de afwas doet dan kijk je er naar, je bent er constant mee bezig."
"Op de Vrije Academie heerste de sfeer dat het kunstenaarschap en diploma's niet samengaan. Ik ben er naar toe gegaan nadat ik van heel wat scholen was afgeschopt. Maar het is daar heel goed geweest, ze lieten mij daar mijn gang gaan. Toen heb ik ook mijn Zweedse oma, mijn moermoer, 'teruggevonden'. Zij leerde mij dat ik wél een aardige jongen was op wie zij heel trots was. Zij preekte niet over het rotzooien met meisjes. En daardoor is dit werk naar boven gekomen." Hierdoor ook kon Jan Kok zich losmaken van het streng calvinistische milieu van zijn vader, een milieu dat getekend werd door stugge plicht en het 'eerst maar eens een diploma halen'.
Milena Hudcovicová refereerde ook aan de twee jaar op de Vrije Academie. "Jan leerde daar dat vrijheid met zelfdiscipline is verbonden." Ze had lof voor Jans vrouw Joan. "Zij weet hem de ruimte te geven en ook het idee: ik mág er zijn, een idee dat ook voortkomt uit het bewust zijn van zijn eigen afkomst." Het was zaterdagmiddag heel goed toeven in galerie Berger. Veel enthousiaste vrijwilligers, Agaath Berger en Joan Kok bleken als geen ander 'sfeer' te kunnen scheppen. En `sfeer' kenmerkt - naast uiteraard een boel andere facetten - ook het werk van Jan Kok. Een imposante expositie die een gang naar galerie Berger meer dan waard is!
Bron: Workumer krant Friso
<< Terug
|